Wie het laatst lacht

 

 

 

Frank was stapelverliefd op mijn moeder en hij was razend toen ze het uitmaakte. Zijn moeder had een succesvol verhuurbedrijf en steunde hen financieel in Arizona. Ik weet er niet het fijne van, ik weet alleen dat Frank opbelde om mijn moeder te smeken om terug te komen. Maar ze wilde niets meer met hem te maken hebben. Frank ’s moeder nam ook contact op. Ik opende een brief die ze aan mijn moeder had geschreven. Daar stond min of meer het volgende in: ‘Ik vraag me af waarom je bij Frank weg bent en ik wil weten of het iets te maken heeft met zijn drankgebruik.’

Haar naam en adres stonden achter op de envelop, dus ik zocht haar op in het telefoonboek en belde haar. Ik wilde dat er iemand naar me luisterde, dat iemand me geloofde. Ik had mijn moeder verteld wat Frank tegen me had gezegd, maar ze wuifde het weg.

‘Hij meende het niet zo, dat zei hij alleen om mij te kwetsen,’ zei ze. Het verbaasde me niet dat ze me niet serieus nam. Ik was wel gewend aan teleurstellingen.

Ik belde Frank’s moeder, vertelde wie ik was en toen zei ik: ‘Ik ben dertien en mijn moeder zou dit nooit aan u vertellen, maar Frank heeft me oneerbare voorstellen gedaan. Hij zei dat hij niet kon wachten om mijn baarmoeder te kietelen.’

‘Weet je zeker dat hij dat zei?’ vroeg die oude mevrouw.

‘Ja.’

‘Dank je wel dat je me dit verteld hebt,’ zei ze, en ze hing op. Daarna kreeg Frank geen geld meer van zijn moeder.

Frank was zo kwaad dat hij een paar weken later opdook met een pistool. Ik kon het huis niet uit, want hij had gebeld. Hij zei dat hij me zou vermoorden.

Ik was bang, maar stiekem voelde ik me vooral geaccepteerd. Eindelijk had iemand – een mevrouw die me niet eens kende – geloofd wat er met me gebeurde. Iemand had iets gedaan ter wille van mij.

Aan de andere kant bleek ook dat de waarheid vertellen dodelijk kan zijn.

Opa Paulson kwam en ging op mijn moeders veranda zitten met een geweer, om me te beschermen. Opa zou Frank ’s kop eraf geknald hebben als hij zelfs maar in de buurt van onze deur was gekomen. Zo was mijn opa. Niemand kon ongestraft aan zijn kudde komen. Hij mocht zijn gezin zelf van ’s ochtends vroeg tot ’s avonds laat terroriseren, maar als een ander het probeerde, werd hij hels.

Ik hoorde opa zeggen: ‘Als iemand je iets aandoet, maak ik hem af.’ Hij zat daar de hele dag en hij kwam maar één keer in beweging, toen Frank ’s auto de hoek om kwam. Frank zag mijn opa, wierp een blik op het jachtgeweer en heeft zijn gezicht nooit meer laten zien.

 

*

 

Christy en ik logeerden een weekend bij mijn vader. Rosa was weer op zichzelf gaan wonen, maar ze hadden nog wel iets met elkaar. Ik kon letterlijk niet uit bed komen van de pijn, die als messen in mijn buik stak. Mijn vader deed voor de verandering heel zorgzaam, misschien omdat hij diep in zijn hart besefte dat mijn medische problemen kwamen door iets wat hij had gedaan. Hij tilde me uit bed, droeg me naar zijn auto en bracht me naar het kinderziekenhuis. Op de eerste hulp vertelde een arts me dat ik cystes op mijn eierstokken had. Ik schrok me lam, want ik droomde ervan om ooit te trouwen en kinderen te krijgen. Ik wist niet wat het allemaal betekende. De arts gaf me medicijnen en verwees me door naar een gynaecoloog.

Mijn vader ging met me mee, mijn moeder niet. Ik vertelde de gynaecoloog dat ik seksueel actief was, hoewel ik die afschuwelijke woorden bijna niet uit mijn mond kreeg. Naar mijn idee was ik nog steeds maagd, omdat wat mijn vader deed onmogelijk kon tellen. Maar dit waren de feiten en die kon ik niet verbergen. Ik zei dus maar dat ik aan seks deed, want de pijn was verschrikkelijk en ik vermoedde dat ze het toch wel zou zien. Ze vroeg niet door.

Ze stuurde me naar huis met medicijnen en mijn vader zei dat ik die in moest nemen. Hij zorgde dit keer voor me toen ik ziek was. Terwijl mijn moeder niet eens op de hoogte leek.

 

*

 

Mijn moeder had een appartement aan het stadsplein in Highland, vlak bij Alhambra. Er hingen veel hangjongeren rond bij het paviljoen vlak voor ons huis, dat boven een platenzaak zat. Ik ging daar ook rondhangen, eerst nog wat aarzelend. Ik zat niet in hetzelfde sociale kringetje als zij, maar eigenlijk zat ik in geen enkele sociaal kringetje, want ik was net weer van school veranderd. Ik zat weer op de middelbare school in Highland. Ik zag oude vrienden terug en probeerde nieuwe te maken. Dit nieuwe clubje rookte en ik begon soms ook sigaretten te roken. Tante Deanna had het me geleerd toen ik acht was. Als zij rookte, moest ik er ook een opsteken, zodat ik haar niet kon verlinken.

Een zekere Jake leek zo’n beetje de leider van de hangjongeren te zijn. Hij was lang, mager en knap in mijn bakvissenogen. Ik had in Alhambra bij hem op school gezeten en we namen na school altijd dezelfde bus naar huis. In die tijd praatten we niet echt met elkaar, want hij was twee jaar ouder.

Inmiddels was ik veertien en hij zestien. De hangjongeren zaten in de derde, net als ik, maar hij zat al in de vijfde en hij had een auto. We keken allemaal enorm tegen hem op. We hoopten over een paar jaar net zo cool te zijn als hij. Jake was in onze ogen bijna een god, omdat hij ons vrijheid verschafte. Hij laadde ons in zijn turquoise Chevy Bellaire uit 1960 en bracht ons overal naartoe. We konden wel acht tieners kwijt in dat ding.

Hij kwam steeds vaker naar het plein. Een andere jongen, Chris, met wie ik min of meer bevriend was, zei dat Jake mij leuk vond. Mijn hart ging sneller kloppen.

‘Echt waar?’ vroeg ik. Ik vermoedde dat Chris zich vergiste. Hij bedoelde vast een andere Stacey.

Chris zei dat ik niet bang hoefde te zijn. Jake wist dat ik jonger was en hij zou niets overdrevens van me verwachten. Jake zou het rustig aanpakken. Hij wilde alleen uitgaan en me een veilig gevoel geven.

Ik vroeg mijn moeder of ik uit mocht met Jake. Ik mocht niet met jongens in auto’s zitten, tenminste niet als zij ervan af wist, maar ik kon ook met hem naar de bioscoop lopen. Eindelijk kreeg ik haar zover dat hij me onderweg naar school mocht oppikken met de auto en dat was cool. Dan kwam hij binnen en praatte hij wat met mijn moeder, die zich langzaam gewonnen gaf.

Mij had hij al voor zich gewonnen. Ik was voor het eerst verliefd. Jake was mijn alles.

Mijn moeder was daar niet blij mee en zei dat ze niet wilde dat het serieus zou worden. Ze zei dat ik te jong was en dat hij te oud was en dat er te veel narigheid van kon komen. Precies het soort geklets waardoor tieners juist willen gaan zoenen in donkere steegjes.

Hij gaf me zijn klassenring – met een aquamarijn erin – en mijn verliefdheid bereikte nieuwe hoogten. Om de ring kleiner te maken, zodat hij me paste, wond ik er borduurgaren omheen met een glanzend laagje doorzichtige nagellak erover. Soms maakte ik er iets extra moois van met twee of drie kleuren garen in wisselende patronen. Daar had ik meer dan genoeg tijd voor als Jake aan het werk was als hulpkelner in een restaurant in de buurt. Ik hield de ring goed verborgen voor mijn moeder.

Mijn moeder had ook een vriend, die bij een naburig vakantiepark werkte. Hij heette Bear en hij was een soort vriendelijke reus. Ik vond hem aardig. We mochten een keer met hem gaan zwemmen in het vakantiepark. Ik was zo opgetogen over dat uitje dat ik slordig werd. Toen Christy en ik in de auto stapten, zag mijn moeder de ring, die ik per ongeluk om had gelaten.

‘Heb je verkering met Jake?’ vroeg ze. Ze zag er heel leuk uit in haar broekjurkje met een zwempak eronder. Ze reed nog steeds in de Cutlass waarmee we tegen die schuren waren gebotst.

Ik liet me niet intimideren. Mijn moeder had zo veel vriendjes dat ze niet het recht had om kritiek te hebben. Ik keek haar strak aan en zei: ‘Ja.’ Ik was klaar voor de confrontatie.

‘Geef die ring terug,’ zei ze. ‘Je mag hem niet eens zo vaak zien.’

‘Vergeet het maar,’ antwoordde ik brutaal. ‘Als je wilt dat ik die ring afdoe, stop dan met werken, blijf thuis en hou me in de gaten.’ Zo praatte ik altijd tegen haar als ik haar dwars wilde zitten. Ze kon niets terug zeggen. Ze kon me huisarrest geven of me slaan, maar ze wist dat ik desnoods uit het raam zou klimmen om Jake te zien. Hoewel ik meestal gewoon de deur kon nemen, want mijn moeder was bijna nooit thuis en dat wist ze heel goed. Ze maakte geen ruzie, ze gaf toe. Ik mocht uit met Jake, zelfs in zijn auto.

Ik was zo van Jake gecharmeerd dat ik zijn tekortkomingen niet zag. Hij wilde seks, maar hij had beloofd te wachten, om me niet onder druk te zetten. Hij was ook een beetje een zwerfhond, die met allerlei groepen mensen omging. Ik vond dat helemaal niet vreemd, want ik zwierf ook maar wat rond. Ik was alleen niet zo populair als hij. Ik wist niet waarom iedereen zo dol op hem was en het kon me ook niet schelen.

Toen vroeg mijn moeder op een dag: ‘Verkoopt Jake drugs?’

‘Wat? Hoe kom je erbij?’ Ik was ontzet. Ik kon gewoon niet geloven dat ze hem van zoiets akeligs beschuldigde. Ik had hem natuurlijk wel eens een joint zien roken, maar dat deden alle jongeren op het plein. Ze vielen mij er niet mee lastig, ze wisten dat ik niets met wiet had. Ik was het brave meisje uit het atletiekteam en dat wilde ik niet kapotmaken.

Later die avond zag ik Jake en ik vroeg hem ernaar. Hij gooide zijn hoofd in zijn nek en lachte me uit. ‘Ja, hoor. Maar alleen wiet.’

Ik zei niets. Ik kon geen woord uitbrengen. Nooit van mijn leven had ik kunnen bedenken dat ik ooit iets zou hebben met een drugsdealer. Ik kon wel accepteren dat hij het rookte, maar dat hij het verkocht zat me niet lekker. Het klonk behoorlijk fout. Hij zei dat ik een keuze moest maken. Hij zou hoe dan ook blijven dealen. Hij had meer sproeten dan ik kon tellen, maar ik was onherroepelijk verliefd op hem. Het was geen moeilijke beslissing. Ik bleef bij mijn drugsdealende vriendje.

Onze relatie bleef ongeveer drie maanden leuk en gezellig. Toen stond ik hem op een dag bij zijn auto op te wachten met dat clubje jongeren. Hij parkeerde altijd bij het paviljoen als hij moest werken en daar kon ik hem begroeten en hem een kus geven als hij begon en als hij klaar was.

Op een dag stond er nog een ander meisje te wachten bij Jakes auto. Ik vroeg wat ze daar deed. Ze zei dat ze Anita Green heette en dat ze iets met Jake had.

‘Dat kan niet. Ik heb zijn ring,’ zei ik. Dit moest een misverstand zijn. Zoiets zou Jake me nooit flikken.

Toen ze de ring zag, raakte ze helemaal overstuur. Haar gekwetste blik was bewijs genoeg dat ze niet loog. ‘Hij zei dat hij hem niet mocht weggeven van zijn moeder,’ zei Anita. Ze was groter dan ik, met acne en brede heupen. Waarschijnlijk was ze ook iets ouder.

Ik vroeg of ze met hem naar bed was geweest. Ze zei ja. Ik was verpletterd. Ik had nog geen seks met Jake gehad. Hij zei altijd dat hij genoeg van me hield om daarmee te wachten. Hij respecteerde het dat ik zo braaf was, of dat in elk geval probeerde te zijn.

Later die avond vroeg ik Jake naar Anita en hij biechtte op dat hij inderdaad met haar omging. Mijn hart brak. Ik haatte hem én ik hield van hem. Maar ik deed wat ik moest doen: ik maakte het uit. Ik heb dagenlang gehuild. Uiteindelijk vroeg ik mijn moeder om raad.

Ik vertelde dat Jake vreemd was gegaan, maar dat hij me terug wilde. ‘Wat moet ik doen?’

‘Als je van hem houdt, neem hem dan terug,’ zei ze op een doordeweekse avond, toen ze uit haar werk kwam. ‘Je bent oud genoeg om je eigen keuzes te maken over wat je wel of niet wilt. Dus als je het hem vergeeft, neem je hem terug.’

We hadden samen een huiswerkuur op school en ik zag hem briefjes uitwisselen met een leuk meisje dat Judy heette. Dat deed het hem. Toen zei ik dat ik hem miste en van hem hield. Hij zei dat hij mij ook miste. Daarna werden we weer een stel, hoewel het nooit meer hetzelfde werd.

Op dat punt in onze relatie dacht ik dat we wel seks moesten hebben als ik hem aan me wilde binden. Dus ik wachtte tot ik op een avond net ongesteld was geworden om het voor het eerst met Jake te doen. Ik wist dat je hoorde te bloeden als je je maagdelijkheid verloor en ik wilde hem laten geloven dat hij de eerste was. Voor mij was hij dat ook. Ik was zo bang dat hij zou merken dat er iets mis met me was. Maar ik maakte me zorgen om niks. Jake was niet geïnteresseerd in technische dingen. Hij was een jongen van zeventien en wilde gewoon seks. We hebben lange tijd een seksuele relatie gehad. Er kwam een eind aan toen we allebei vreemdgingen. Het was een langgerekte, pijnlijke scheiding. Ik had hem nooit terug moeten nemen.

Ik had erg veel moeite om over Jake heen te komen, hoe rot hij ook tegen me deed. Op een dag, toen ik thuiskwam van atletiektraining, vond ik mijn zusje bewusteloos in de badkamer. Ik schudde haar door elkaar tot ze haar ogen opendeed. Ze zei dat ze wiet had gerookt en dat ze het spul van Jake had. Ik was net vijftien en zij net dertien. Ik was woest.

Mijn moeder zou over een paar uur thuiskomen en ik had geen idee wat er mis was met Christy. Ze bleef maar lachen en door de kamer dweilen. Ik was bang dat ik er last mee zou krijgen, want ze deed echt raar. En ik wist ook niet of het wel goed zou komen met haar. Hoe voelde ze zich? Ik was boos en zenuwachtig en bang tegelijk.

Ik rende het plein op en vroeg de jongeren daar of ze Jake hadden gezien. Ik kreeg te horen dat hij een tijdje geleden was vertrokken. Ik vroeg Chris of hij wiet had.

Hij moest lachen en zei: ‘Je rookt het niet eens, wat moet je ermee?’

‘Als Christy stoned is, moet ik ook stoned worden.’ Toen moest hij pas echt lachen. Ik raakte bijna buiten zinnen. Maar hij vond wat wiet voor me en een van de anderen liet me zien wat ik ermee moest doen. Toen kwam ik er precies achter hoe Christy zich voelde. Eerst was ik bang, want mijn moeder had verteld dat ze witte paarden zag toen ze het voor het eerst rookte. Ik had geluk, dacht ik. Ik zag geen dieren. Ik werd alleen heel ontspannen en maakte me geen zorgen meer over Jake en Christy en mijn moeder en alles. Het was geweldig. Al mijn zorgen, mijn angsten en mijn pijn verdwenen door diep in te ademen. Waarom had ik dit niet eerder ontdekt? Ik vond het heerlijk.

Ik ging weer naar boven om wat te giechelen met Christy. Tegen de tijd dat mijn moeder thuiskwam hadden we nergens last meer van en ze merkte niets. Niet dat ze überhaupt iets gemerkt zou hebben, want zo veel aandacht had ze niet voor ons.

Ik vertelde Jake wel dat ik woedend was dat hij op mijn zusje parasiteerde en ik vertelde hem ook nog iets anders. Ik dacht dat ik zwanger was. Ik was niet ongesteld geworden en mijn buik was opgezwollen. Hij reageerde niet erg zorgzaam en zelfs niet erg bezorgd. In plaats daarvan maakten we het definitief uit. Geen gerommel meer zo nu en dan. Vervolgens stak hij me zo ongeveer een mes in mijn rug. Ik weet niet waarom, maar hij vertelde de hele school dat ik een kind kreeg. En alsof dat nog niet erg genoeg was, verspreidde hij ook het gerucht dat ik er tijdens de seks ‘bij lag als een dooie’.

Misschien deed hij alleen maar zo omdat hij nou eenmaal een stomme tiener was. Ik kon me nauwelijks voorstellen dat die jongen van wie ik zo veel gehouden had me zo makkelijk kapot kon maken. Ik wist wel dat mannen mijn hart konden breken, ik wist het maar al te goed. Maar wat Jake deed en zei kwam volkomen onverwacht en het verpletterde me. Ik huilde en meed al mijn oude vrienden. Kort daarna werd ik ongesteld, godzijdank, want anders had ik niet geweten of het kind van Jake was of van mijn vader.

Natuurlijk bazuinde ik niet rond dat ik ongesteld was geworden. Ik hield mijn mond toen iedereen over me roddelde. Ik schaamde me ook nog eens dood omdat iedereen nu zulke intieme details over me kende. Misschien lag ik er ook wel bij als een plank tijdens het vrijen. Bij mijn vader deed het altijd het minste pijn als ik me zo min mogelijk bewoog. Alles wat ik over seks wist, was onlosmakelijk verbonden met hoe je het overleeft. In deze situatie was het al niet anders.

Hoe dan ook was ik mijn brave reputatie kwijt. Ik was ineens de slet van de school. Ik geneerde me kapot in dat kleine stadje vol jongeren die ik al jaren kende. Ik beaamde noch ontkende de geruchten die over mij de ronde deden. Ik concentreerde me gewoon een tijdje op mijn schoolwerk. Ik bracht meer tijd door met Christy. Ik hield me een tijdje op de vlakte terwijl het gerucht ging dat ik abortus had laten plegen. Geen idee waar dat nu weer vandaan kwam. Ik liet ze maar denken wat ze wilden denken. Wat maakte het tenslotte uit?